Tips voor nieuwe chauffeurs die je niet kunt leren in een rijschool
Zelfs de meest ervaren chauffeurs kennen niet altijd alle subtiliteiten of nuances die het rijden gemakkelijker kunnen maken.
Controleer of al uw spiegels correct zijn afgesteld.
Als je spiegels niet goed zijn afgesteld, verschijnt er een blinde vlek. Een blinde vlek is een deel van de weg dat u niet kunt zien, waardoor u mogelijk een auto mist die in een aangrenzende rijstrook rijdt. Om blinde vlekken te voorkomen, verstelt u uw zijspiegels zodat u uw auto er niet in kunt zien. Om te controleren of er een dode hoek is, rijdt u achteruit langs een andere geparkeerde auto en kijkt u in uw zijspiegel. Zodra het uit beeld is, zou je het moeten zien met je perifere zicht.
De achteruitkijkspiegel moet zo worden afgesteld dat u de achterruit van uw auto volledig kunt zien. Bij het afstellen van de spiegels moet u zich in uw normale rijpositie bevinden.
Leer voelen waar de wielen zijn.
Als je kuilen op de weg wilt vermijden en je wieldoppen niet wilt krassen tijdens het parkeren, moet je leren voelen waar de wielen zijn. Neem een lege plastic fles, stap er met je voet op en zet hem op de weg. Oefen er overheen met uw linker en rechter voorwielen om de beurt. Open het raam om de fles te horen knerpen. Heeft u een auto die veel werk zal verrichten, dan kunt u online gaan om trekgewicht auto na te gaan.
Parkeer geleid door uw ramen en spiegels.
Stop bij het loodrecht parkeren zodra u de stoeprand onder de zijspiegel ziet. Op deze manier is de afstand tussen de auto en de stoeprand minimaal en heb je geen krassen op de bumper.
Let er bij het parallel parkeren op dat u de wieldoppen niet bekrast. Plak een stuk gekleurde ducttape op de onderkant van de voorruit. Stop zodra de markering overeenkomt met de stoeprand. Het is beter om parallel achteruit te parkeren: op deze manier is de stoeprand zichtbaar in de zijspiegels, zodat u er niet te dichtbij komt. Ga na of uw wagen dimlicht heeft. Wat is dimlicht?
Droog je remmen na het rijden door een plas.
Vóór zelfs de kleinste plassen, kun je maar beter vertragen en er soepel doorheen gaan zonder te manoeuvreren of de snelheid te veranderen. Als u snel rijdt, bestaat de kans dat er water in het ontstekingssysteem komt en de motor afslaat. Bovendien kan aquaplaning beginnen – dat is wanneer een auto grip verliest en u de controle erover verliest.
Na het passeren van een grote plas, snijd je motor niet en verander je snelheid niet. Droog eerst de remmen af: druk het gaspedaal in, druk het rempedaal een paar keer in. Wrijving veroorzaakt warmte, dus verdampt er water uit de remblokken.
